In dit hoofdstuk zoomen we verder in op de opgaven in het publiekshart en het transformatiegebied. Waar de visie nog redelijk hoog over is, schetsen we nu hoe het publiekshart er over 10 tot 15 jaar uit kan zien en welke kansen er liggen in het transformatiegebied. We beginnen met de gebiedsprofielen voor het publiekshart en de ruimtelijke opgave die daar ligt. Daarna gaan we in op het transformatiegebied.
Auteur: Ward Frielink
2. De visie
In de visie beschrijven we op hoofdlijnen wat onze uitwerking is van de opgaven die we in het vorige hoofdstuk hebben geformuleerd. De belangrijkste keuzes worden hier gemaakt. We zetten – in goed managementjargon – een stip op de horizon.
Langs de lat van het Drents DNA
Voor de ontwikkeling van de kwaliteit, identiteit en eigenheid van de binnenstad is het Drents DNA het leidende principe. Drents DNA geeft een naam aan een sfeer en beleving die uniek is voor Assen. Die sfeer is het meest zichtbaar en voelbaar in het zuidelijke deel van de binnenstad. Het gebied rond de Brink, uitlopend naar de kop van de Vaart. Hier stond het klooster Maria in Campis, dat aan de basis staat van Assen zoals we het nu kennen.
Assen was eigenlijk helemaal geen stad toen het in 1809 stadsrechten kreeg van Lodewijk Napoleon. Er woonden toen maar 600 mensen. Daarin onderscheid Assen zich van andere provinciehoofdsteden, die zonder uitzondering al echte steden waren. En dat merk je tot op de dag van vandaag. Assen is toch echt een middelgrote stad geworden met 67.000 inwoners en alle voorzieningen en bedrijvigheid die daarbij horen. Maar het voelt voor velen nog als een groot dorp, in de positieve zin van het woord. Het zit kennelijk in ons DNA. Daarom kiezen we in de omgevingsvisie ook voor de ontspannen stedelijkheid in een dynamische, verbonden en groene (hoofd)stad. Dat past bij ons. Als je ons DNA verder ontleedt, dan kom je op kernwaarden als de brinken, paleizen, tuinen, lanen, pleinen, panden, een prettige schaal en een fijnmazig stratenpatroon. Kortom kwalitatieve gebouwen en groene openbare ruimte in een fijnmazig en verbonden structuur. Deze kernwaarden willen we ook ontwikkelen in de rest van de binnenstad.
Alles wat we doen, leggen we langs de lat van het Drents DNA. Maar we maken zeker geen letterlijke kopie, we ontwikkelen dezelfde sfeer en beleving in een eigentijdse uitvoering.
Publiekshart
We concentreren commerciële en culturele functies rond de Brink, het Koopmansplein en de kop van de Vaart en het tussenliggende gebied. Op deze manier werken we toe naar een compact en aaneengesloten centrum. Omdat het publiekshart kleiner wordt, worden de loopstromen weer dikker en de looproutes korter. Dit is een win-winsituatie voor de bezoeker en de ondernemer. Het wordt gezelliger in de stad. Je hoeft niets meer te missen tijdens je bezoek. En die gezellige drukte maakt het voor ondernemers rendabel om te investeren in hun zaak en hun pand.
We kiezen voor dit gebied, omdat we hier op lange termijn de beste kansen zien om het Drents DNA te ontwikkelen. Het gebied sluit aan bij de historische ontwikkeling van de binnenstad. Dit is altijd het publiekshart van Assen geweest. De belangrijke cultuurdragers van Assen zitten in dit gebied, zoals het Drents Museum, de Brink, de Vaart en DNK. En – ook niet onbelangrijk – de diversiteit aan functies is al groot. We hoeven hier niet opnieuw te beginnen, we kunnen voortbouwen op wat er al is. Daarbij zoeken we naar mogelijkheden om DNK steviger te verbinden met het publiekshart en nieuwe culturele initiatieven op het gebied van bijvoorbeeld beeldende kunst of jongerencultuur hier een plek te geven.

Het transformatiegebied
De keuze voor een compact publiekshart betekent dat er straten aan de randen van dit gebied buiten het publiekshart gaan vallen. In sommige gevallen is die ontwikkeling al gaande, zoals in de Oude Molenstraat en de Groningerstraat. Maar voor andere winkelgebieden is dit nieuw. Hier is de leegstand nu misschien nog niet zo groot, maar we kijken naar de lange termijn. Het bieden van nieuw perspectief voor deze gebieden vinden we even belangrijk als de ontwikkeling van het publiekshart. Het één kan niet zonder het ander.
De Triade krijgt al steeds meer het profiel van een wijkwinkelcentrum. Er zit een goede combinatie van supermarkten. Deze worden aangevuld met een drogist, een slijter, tijdschriftenhandel, et cetera. Er zijn ruime parkeermogelijkheden. Hier kunnen bewoners uit de binnenstad en de wijken daaromheen terecht voor hun dagelijkse boodschappen. Dit profiel past bij de Triade en dat zien we graag verder ontwikkelen met onder andere meer (vers)speciaalzaken.
Het Ceresplein doet het op dit moment goed en laten we ervan uitgaan dat dit nog een aantal jaren zo blijft. Maar als de concentratie doorzet, dan komt dit winkelgebied buiten het publiekshart te liggen. We zien hier perspectief in de vorm van werken, commerciële en maatschappelijke dienstverlening, in aansluiting op het wijkwinkelcentrum Triade. Aan deze functies is – juist op lange termijn – behoefte in de binnenstad van Assen. Met de grote hoeveelheid woningen die we aan de binnenstad willen toevoegen, voor zowel jong, oud en gezinnen, ontstaat ook meer vraag naar zorgvoorzieningen als huisartsen, tandartsen en fysiotherapeuten. We zetten hier in op een geleidelijke verandering.
Het Mercuriusplein – de passage dus – is nu de verbindende schakel tussen het Ceresplein en Koopmansplein. Enerzijds doet deze winkelstraat het nog goed, maar we zien ook de kwetsbare kant van deze koopstraat. Samen met de voormalige V&D-locatie zien we hier een goede kansen voor herontwikkeling tot een nieuwe noordelijke vleugel van het centrum, waarbij ook de stedenbouwkundige structuur en ruimtelijke kwaliteit sterk verbeterd worden. Deze herontwikkeling hoeft niet van vandaag op morgen, maar we willen wel nu vast nadenken over de uitgangspunten.
De Cité is vrij recent gerealiseerd, in een tijd dat Assen anticipeerde op een groei naar 80.000 inwoners. Met de realisatie van dit winkelcentrum is het publiekshart enorm opgerekt. Nu we inzetten op concentratie valt de Cité alweer buiten het publiekshart en zoeken we een ander profiel. We denken hier aan het ontwikkelen van werken of onderwijs. De Cité ligt immers heel dicht bij het station. Maar ook het profiel als gespecialiseerde themacentrum voor keukens of badkamers is denkbaar. Er is voldoende parkeergelegenheid en het zou een geweldige aanvulling zijn voor de binnenstad.
De Oudestraat zit op de rand van het publiekshart. We zien hier in de toekomst wel ruimte voor een bijzonder winkeltje of een atelier, maar een aaneengesloten winkelfront lijkt op lange termijn niet meer haalbaar. Dat betekent dat we hier een mix van functies toestaan. Winkeltje, ateliers of ambachten kunnen worden afgewisseld met wonen. Een aanloopstraat in de goede betekenis van het woord.
In de rest van het transformatiegebied is wonen het nieuwe perspectief. Daar gaan we hierna verder op in.

Wonen
In het publiekshart zien we met name in het gebied rond het Koopmansplein mogelijkheden om een substantieel aantal woningen toe te voegen. Dit gebied is nu vrij monofunctioneel ingericht voor winkels. Door woningen boven de winkels te realiseren, wordt het gebied ook buiten winkeltijden een aangenaam verblijfsgebied. De belangrijkste doelgroepen zijn jongeren en senioren die echt in het hart van de binnenstad willen wonen.
De setting wordt levendig stedelijk, het mogen best stevige gebouwen zijn. We gaan uit van vier bouwlagen met op een paar plekken ruimte voor een hoogte accent. We maken hier gesloten bouwblokken met een privaat en groen interieur. Wat dat precies betekent leggen we in het volgende hoofdstuk uit.
In de schil zetten we in op ontspannen stedelijk wonen. In dit gedeelte van de binnenstad kan je rustig wonen, maar wel met gemak van alle voorzieningen om de hoek. Dit is zeer aantrekkelijk voor jong tot oud, alleenstaand of in gezinsverband en voor mensen met een zorgvraag. Daarvoor ontwikkelen we uiteenlopende woningtypes in de vrije sector en sociale huur, met privé of collectieve buitenruimtes.
De openbare ruimte op de binnenterreinen aan de Menning, het gebied tussen de Groningerstraat en de Oude Molenstraat en het Dreuplein willen we vergroenen, aansluitend op nieuwe private tuinen of plaatsjes. Hiermee wordt niet alleen meer woonkwaliteit gemaakt, maar ook een klimaatbestendiger binnenstad.
Door woningen toe te voegen voorzien we in een behoefte én bieden we perspectief om de leefbaarheid te behouden en verbeteren in delen van de binnenstad waar veel leegstand is. Om deze doelen te bereiken is strategisch verdelen van de aantallen woningen, woningtypes en prijsklassen over het publiekshart en de schil belangrijk. Daarom bekijken we per locatie zorgvuldig hoe het plan bijdraagt aan de doelen van de binnenstadsvisie en hoe het zich verhoudt tot andere ontwikkelingen in de binnenstad.

Parkeren
Goede parkeervoorzieningen zijn een belangrijke randvoorwaarde voor het functioneren van een binnenstad. Nu de binnenstad verandert, verandert ook onze visie op parkeren in de binnenstad.
Het publiekshart wordt compacter en de ligging verschuift naar de driehoek Brink, Koopmansplein en kop van de Vaart. De parkeergarages Stadhuis, Drents Museum en DNK sluiten het beste aan bij deze nieuwe situatie. Dit worden dan ook de belangrijkste bronpunten voor de bezoekers van de binnenstad.
Door de toename van het wonen in de binnenstad ontstaat er ook een grotere behoefte aan parkeren voor bewoners. We geven er de voorkeur aan om dit zoveel mogelijk aan te bieden in onze publieke parkeergarages. Deze zijn goed bereikbaar en bijna altijd dichtbij (circa 200 meter). Bovendien hebben ze voldoende capaciteit om in deze behoefte te voorzien. We maken deze keuze met het Drents DNA in ons achterhoofd. Door verkeersbewegingen en parkeerplaatsen te concentreren kunnen we in de rest van de binnenstad meer ruimte en kwaliteit maken voor bezoekers, bewoners, fietsers, voetgangers, groen, enzovoort.
De Mercuriusgarage en de garages bij de Triade en de Cité krijgen een belangrijke rol in het parkeren voor de nieuwe bewoners van de binnenstad. Daarmee zeggen we overigens niet dat deze garages helemaal voor bewoners worden gereserveerd. Ook bezoekers van de binnenstad kunnen hier nog steeds parkeren, en de garage van Triade blijft belangrijk voor het wijkcentrum Triade, maar het aantal beschikbare plaatsen voor bezoekers zal in de loop van de jaren wel afnemen.
Het aantal parkeerplaatsen in de openbare ruimte neemt af. In de binnenhoven aan de Menning, het Dreuplein en tussen de Groningerstraat en de Oude Molenstraat gebruiken we deze ruimte om een nieuw en kwalitatief hoogwaardig woonmilieu te maken. Op andere plekken maken ze plaats voor andere kwaliteiten zoals groen, fietsparkeren of bijvoorbeeld een terras. De parkeercapaciteit in Assen is zo ruim dat er voldoende parkeerplaatsen overblijven.

Bereikbaarheid
De bereikbaarheid van de binnenstad met de auto is van groot belang voor onze ondernemers. In Drenthe is het autobezit hoog, omdat het openbaar vervoer minder fijnmazig is dan elders in Nederland en de afstanden relatief groot. Via goede routes vanaf de snelweg en de wijken ben je zo in de binnenstad. En via de centrumring heb je vlot een parkeerplaats gevonden, dicht bij je bestemming. Assen onderscheidt zich op dit vlak en dat willen we zo houden. Dat is een van de redenen waarom de binnenstad van Assen interessant is.
Op een groot deel van de centrumring is de auto echter wel heel dominant aanwezig, met breed asfalt, stenige middenbermen en ruim opgezette kruisingen. Daar willen we iets aan doen. De centrumring krijgt een heel ander profiel. De inrichting van binnenstad, centrumring en omringend gebied gaat veel vloeiender in elkaar over. Er komt meer groen, meer ruimte voor voetgangers en fietsers en je steekt straks veel makkelijker over. De auto is hier te gast.
Om delen in de binnenstad te ontlasten wordt het autoverkeer via de gewenste routes gestuurd middels een goede (digitale) bewegwijzering. Met actuele data wordt de auto geleid naar de beschikbare parkeerplaatsen in het centrum, zodat dit voor het minste overlast zorgt.
Dit geldt voor de hele centrumring, maar bij de Weiersstraat is dit van extra groot belang. DNK en de kop van de Vaart horen bij de binnenstad. Het nieuwe profiel moet deze plekken er echt bij gaan trekken. Om dat te bereiken wordt de Weiersstraat en de Kop van de Vaart autoluwer, maar wel nog steeds onderdeel van de ring.

Duurzame mobiliteit
Drenthe is een echte fietsprovincie. Drenthe onderscheidt zich met honderden kilometers vrij liggende fietspaden dwars door onze prachtige natuurgebieden. Daar maken we zelf gebruik van, maar we trekken er ook heel veel toeristen mee. Hoewel de fietsroutes in Assen al goed zijn, is er nog ruimte voor verbetering. We sluiten de binnenstad beter aan op het netwerk van recreatieve fietspaden rond Assen. De binnenstad wordt zo een logisch onderdeel van het recreatieve fietsnetwerk en een logische plek om even te pauzeren. Terwijl we dat doen verbeteren we automatisch de fietsbereikbaarheid van de binnenstad voor Assenaren en maken we de verbinding tussen stad en omliggende natuur.
Als je dan op de fiets naar de binnenstad bent gegaan, moet je ‘m ergens parkeren. Daar hebben we in Assen goede voorzieningen voor in een fijnmazig netwerk van relatief compacte stallingsplekken. Je kunt zo altijd dicht bij de bestemming je fiets kwijt. En eventueel fiets je daarna weer verder naar je volgende bestemming in de binnenstad. Het aantal georganiseerde fietsparkeerplekken neemt toe van 1.100 naar 1.500. In de omgeving van het Koopmansplein zouden we graag een wat grotere, inpandige stalling realiseren. Die moet dan wel heel toegankelijk zijn, anders wordt er te weinig gebruik van gemaakt.
In de binnenstad willen we deelmobiliteit stimuleren, omdat dit bijdraagt aan een lager eigen autobezit, een lagere parkeervraag en duurzamer ruimtegebruik. De huidige parkeergarages aan de randen van de binnenstad – de Cité, Triade, Mercuriusgarage – kunnen ingezet worden als centrale parkeerplek voor deelvoertuigen. De verwachte toename van elektrische voertuigen willen we faciliteren. Dit doen we door extra laadpalen toe te voegen in de huidige parkeergarages en zo min mogelijk op straat.
Van een heel andere orde is de logistiek van bezorgrestaurants. In Assen wordt nog veel bezorgd met de auto, terwijl we in andere steden de elektrische fiets of scooter op zien komen. Die trend zien we graag snel naar Assen overwaaien. Omdat veel zaken zowel ter plaatse bedienen als bezorgen, is het publiekshart een logische vestigingsplaats. Door de coronacrisis zijn meer restaurants overgestapt op bezorgen en wellicht blijven ze dat na de crisis doen. Dat model is alleen houdbaar als we overstappen naar duurzaam bezorgen met elektrische fiets of scooter, anders wordt het te druk met bezorgauto’s in en rond de binnenstad. We concentreren deze horeca met elektrische fiets of scooter op locaties met een goede bereikbaarheid, waar ze de bezoekers van de binnenstad zo min mogelijk in de weg zitten.
Ook de bevoorrading van winkels en horeca gaan we in de toekomst verduurzamen. In Assen zijn we in 2025 volledig overgestapt op zero-emissie stadslogistiek. Laden en lossen concentreren we, opnieuw met het Drents DNA in het achterhoofd, op enkele strategische locaties aan de rand van de binnenstad en op speciaal daarvoor aangelegde laad- en losplekken. Zo geven we de stad zoveel mogelijk aan de bezoeker.
De bereikbaarheid van de binnenstad met de trein is goed. Zeker nu de Stationsstraat is heringericht, met meer ruimte voor de voetgangers en fietser. Per bus is de binnenstad nu nog heel beperkt bereikbaar. Dit verdient meer aandacht in de toekomst.

Interactie organiseren
Hardware heeft software nodig om te kunnen functioneren. Deze visie gaat daarom niet alleen maar over de stenen. De stad komt tot leven als mensen er gebruik van maken om er te ondernemen, te werken, te wonen en te beleven. Nog beter wordt het als er continu interactie plaatsvindt tussen al die mensen, initiatieven en ideeën. Ondernemers noemen dit ook wel cross-selling of arrangementen. Dat gaat niet altijd vanzelf, dat moet je organiseren.
Een mooi voorbeeld is de samenwerking tussen het Drents Museum en Vaart in Assen rond grote exposities. Rond de tentoonstelling Sprezzatura over 50 jaar Italiaanse schilderkunst kreeg de hele binnenstad een Italiaans tintje. Deze interactie kunnen we in veel meer situaties organiseren. Evenementen die aansluiten op het Drents DNA kunnen de stadsmarketing van Assen versterken. Als we de warenmarkt onderscheidend maken hebben we een trekker van jewelste, ook voor toeristen. Kunstenaars kunnen kunst realiseren op een plein of hun creativiteit loslaten op een leegstaand pand. Het aanbod van cultuur, evenementen, horeca en winkelen moet in samenhang worden versterkt en gepromoot. Wij stimuleren en faciliteren onderlinge samenwerking, ondernemerschap en innovatie. Op die manier bieden we onze bezoekers een ervaring die uniek is voor Assen.
De interactie gaat over de grenzen van de binnenstad heen. Ook daarbuiten zitten bedrijven die betekenis hebben voor de binnenstad en andersom. Denk aan De Bonte Wever, Witterzomer, Van der Valk en het TT-circuit. Maar ook aan de bedrijven en kantoren die buiten de binnenstad zijn gevestigd.
En natuurlijk, dit soort dingen heeft tijd nodig om te groeien. De afgelopen jaren zijn belangrijke stappen gezet voor het verbeteren van de afstemming en samenwerking rond de binnenstad. Het realiseren van de binnenstadsvisie is een gezamenlijke opgave van alle betrokken partijen. Er moeten mensen zijn die – vaak vrijwillig – hun tijd en energie erin willen steken. Die mensen hebben we genoeg in Assen. Maar we moeten ze wel zien, steunen en helpen. Door slim samen te werken, komen we een heel eind.

Opgaven voor de binnenstad
Ambities + uitdagingen = opgaven
Gezien de bevindingen uit de analyse mogen we stellen dat er veel zaken goed voor elkaar zijn in Assen. Maar – willen we onze ambitie realiseren – dan zijn er ook zeker een aantal thema’s waar we iets mee moeten. Niets doen is geen optie. Hieronder gaan we puntsgewijs in op de opgaven die volgen uit de confrontatie van de ambities met de uitdagingen.
Voortbouwen op bestaande kwaliteiten voor een onderscheidende binnenstad.


- Maak de binnenstad onderscheidend
Het zuidelijk deel van de binnenstad is onderscheidend. Wat je daar vindt, vind je niet in andere binnensteden in Nederland. Het noordelijke deel van de binnenstad heeft dat onderscheidende vermogen echter veel minder. Terwijl hier juist de meeste commerciële functies zitten. Daar gaan we mee aan de slag. We kiezen voor een herkenbare identiteit van de binnenstad en daarbinnen geven we gebieden een duidelijk eigen profiel. - Maak een compact en aaneengesloten publiekshart
In de analyse hebben we vastgesteld dat er in de toekomst minder winkelruimte nodig is. Er is nu al sprake van leegstand en dat neemt naar verwachting nog toe. Als we hier niets aan doen raakt het winkelaanbod – dat toch al verspreid is over een groot gebied – nog meer versnipperd. Willen we onze ambities realiseren, dan hebben we geen andere keus dan te werken aan een compacter en meer aaneengesloten publiekshart. We zetten voor 2030 in op een binnenstad van 60.000 m² in plaats van de huidige 100.000 m². - Maak meer woningen in de binnenstad
Er is een substantiële – maar niet oneindige vraag – naar woningen in de binnenstad. We kunnen ongeveer 700 woningen toevoegen. Voorwaarde is wel dat we een verscheidenheid aan woningtypen voor verschillende doelgroepen aanbieden. Het komt goed uit dat we zoveel woningen kunnen toevoegen. Het betekent dat er nieuw perspectief is voor het overschot aan winkelruimte dat we in de binnenstad hebben. We zetten het beschikbare woonprogramma daarom strategisch in om de transformatie van winkelruimte aan te jagen. - Verminder de barrièrewerking van de centrumring
De binnenstad lijkt een eiland in de stad. Niet omringd door water, maar door ruim bemeten infrastructuur. We willen de overgang tussen de binnenstad, haar directe omgeving en de rest van Assen veel natuurlijker maken. Dit betekent dat de auto minder dominant wordt op de centrumring. Let wel, de autobereikbaarheid is belangrijk voor het publiekshart van Assen. De auto blijft aanwezig, maar de balans met andere gebruikers van de binnenstad wordt recht getrokken. - Realiseren van kwaliteit is uitgangspunt bij alles wat we doen
Sfeer en beleving is wat de consument zoekt in een binnenstad. Zeker als de consument kan kiezen uit meerdere centra – zoals bij ons het geval is – moet dan alles kloppen. Veel ontwikkelingen uit de jaren ’70, ’80 en ’90 van de vorige eeuw voldoen niet meer helemaal aan de eisen van deze tijd. Zowel qua gebouwen als qua inrichting en gebruik van de openbare ruimte. Bij alles wat we doen willen we daarom extra aandacht besteden aan de kwaliteit. Het moet tijdlozer. De lat gaat omhoog.
DNK en de Kop van de Vaart beter betrekken bij de binnenstad


Wie goed leest ziet de leidende principes uit de omgevingsvisie terug in de opgaven. Het publiekshart wordt dynamisch, omdat we het weer compact en aaneengesloten maken. En omdat we flink wat woningen toevoegen. De binnenstad wordt beter verbonden met de rest van de stad, door de centrumring aan te pakken. Het groene zuidelijke deel van de binnenstad staat model voor de identiteit en de kwaliteit van de binnenstad. In de visie – in het volgende hoofdstuk – werken de we deze leidende principes verder uit.
1. Analyse & opgaven
In de gesprekken over de visie hebben we gemerkt dat vrijwel alle betrokkenen goed op de hoogte zijn van de uitdagingen waar we in de binnenstad van Assen voor staan. De binnenstad is vaker onder de loep genomen en de uitkomsten zijn – niet verrassend – steeds dezelfde. De analyse van trends, ontwikkelingen en de sterke en zwakke kanten van de binnenstad voelde als een herhaling van zetten. We staan er om die reden maar kort bij stil. Wie de uitgebreide analyse wil lezen verwijzen we naar de bijlage.
Toch slaan we de analyse niet helemaal over. Willen we onze ambities realiseren, dan vragen juist de uitdagingen waar we voor staan onze aandacht. In het tweede deel van dit hoofdstuk combineren we de ambities met de uitdagingen waar we voor staan en formuleren we de opgaven voor de binnenstad.
Programmatische analyse
Analyse publiekshart
Eerst kijken we naar het functioneren van de binnenstad als publiekshart. Dan valt op dat Assen een groot en compleet aanbod van winkels, horeca, cultuur en evenementen heeft. Er is 80.000 m2 (winkel)ruimte in gebruik. Er is relatief veel aanbod in het lage en middensegment en dat sluit goed aan bij de voorkeuren van de inwoners van Assen.
Het verzorgingsgebied voor de winkels en de horeca is echter kleiner dan we altijd dachten: Assen en een cirkel van 15 kilometer daaromheen. In dat gebied wonen ongeveer 130.000 mensen. Daarmee komen we op de eerste en belangrijkste uitdaging. Het aanbod van winkelruimte in ons centrum is groter dan je op basis van het verzorgingsgebied zou verwachten. Daar komt nog bij dat de vraag naar fysieke winkelruimte de komende jaren afneemt, omdat een deel van de omzet in de binnenstad naar online winkels verschuift. We verwachten dat er op termijn nog maar behoefte is aan 60.000 m2 (winkel)ruimte. Dat is een afname van 40.000 m2, want de voorraad is op dit moment 100.000 m2.

Natuurlijk zijn er nuanceringen mogelijk op het verhaal over het verzorgingsgebied. Voor bijzondere functies – zoals Vanderveen, DNK, het Drents Museum en het TT-festival – is het verzorgingsgebied regionaal, landelijk en zelfs internationaal. Maar dat zijn de uitzonderingen.
In 2020 heeft de binnenstad – naar omstandigheden – goed gedraaid op basis van het toerisme in Drenthe. Zelfs beter dan andere jaren, omdat veel mensen door de coronacrisis in Nederland op vakantie gingen. Een nieuwe groep mensen heeft kennis gemaakt met Assen en haar vrijetijdsvoorzieningen. Hier valt nog een wereld te winnen. Toerisme is van belang voor een bruisende binnenstad. Tegelijkertijd moeten we ons wel blijven realiseren dat veruit het grootste deel van de omzet in de binnenstad uit het eigen verzorgingsgebied komt.

Sterke spreiding van functies
Wat ook kenmerkend is voor Assen is dat het publiekshart vrij groot is. Winkels, horeca en culturele voorzieningen zitten verspreid over de binnenstad vanaf de Weiersstraat tot de Jan Fabriciusstraat en van het Ceresplein tot de Kerkstraat. Het gevolg hiervan is dat bezoekers vaak maar een deel van de binnenstad bezoeken en dat bezoekersstromen worden uitgedund. De ligging van parkeergarages draagt ook bij aan die spreiding. Terwijl de binnenstad gebaat is bij concentratie van de bezoekers.
De bezoeker van de binnenstad hoeft niet per sé meer naar de binnenstad om de spullen te kopen die hij nodig heeft. Als kopen niet meer het primaire doel van een bezoek aan de binnenstad is, winnen andere bezoekmotieven – zoals sfeer, beleving en vrijetijdsbesteding – aan belang. We hebben hiervoor geconstateerd dat het aanbod in Assen vrij groot en compleet is. Daarentegen hebben een aantal van onze winkelstraten niet een heel duidelijk of onderscheidend profiel. De winst is dus vooral te behalen door beter in te spelen op de andere bezoekmotieven.

Coronacrisis
We stellen deze visie op terwijl we midden in de coronacrisis zitten. We maken een situatie mee die we nog nooit eerder hebben meegemaakt. Winkels en horeca zijn maandenlang gesloten. Ondanks overheidssteun is dit voor veel ondernemers een hele moeilijke tijd. Zeker is dat niet iedereen ongeschonden uit de strijd zal komen. Maar wat het lange termijneffect van deze crisis zal zijn, weten we nog niet. Blijven we thuis zitten achter het scherm of wordt de binnenstad de plek om te werken en – al dan niet online – te vergaderen? Het is nog te vroeg om daar iets over te zeggen.
Tegen deze achtergrond is er misschien weinig ruimte om na te denken over de lange termijn. Toch vinden we het belangrijk om juist nu óók een visie voor de lange termijn vast te stellen. Als de coronacrisis achter de rug is moeten we klaar staan. We gaan de binnenstad weer opbouwen, vanuit de visie en met een goede ontwikkelstrategie. Door nu te investeren kunnen we straks sterker uit de crisis komen.
Ambities: de binnenstad in 2030
De binnenstad van Assen is in 2030 het kloppende publiekshart van Drenthe. Het is een bruisende binnenstad met een compleet, divers en aantrekkelijk voorzieningenaanbod. Hier vind je alles wat je zoekt. Alle winkels die je nodig hebt, leuke cafés en restaurants, een geweldig cultureel aanbod en verrassende evenementen. De mensen zijn er vriendelijk en gastvrij. De stad voelt goed. Je kan niet uitleggen hoe het komt, maar er hangt een hele ontspannen sfeer.
Als je in Assen woont, fiets je op je vrije dag dus regelmatig even naar de binnenstad. Omdat je hebt afgesproken met vrienden, iets wilt kopen of gewoon om even rond te kijken. Dat doe je ook als je elders in de provincie woont. Soms pak je dan de auto. Je bent er zo. En je bent niet alleen, het is gezellig druk in de stad. Je blijft langer dan je had je gepland.
Rond de zomer wordt het nog drukker in de stad. Naast de locals, hebben nu ook de toeristen de binnenstad ontdekt. Zij lopen zo van het station naar het Drents Museum. Het valt ze op dat de binnenstad van Assen zich onderscheid van andere binnensteden. De stad verrast je met haar dynamiek. Je voelt aan alles dat Assen de hoofdstad van de groenste provincie van Nederland is. Het ademt die unieke sfeer.
Nu mensen niet meer zo gebonden zijn aan het kantoor van hun werkgever, zie je letterlijk overal mensen werken. Koptelefoon op, laptop open en aan de slag. Steeds meer bedrijven zien de binnenstad als hun kantoor. Er ontstaan hippe plekken om te werken en te vergaderen. Goede koffie, een gezonde lunch, wat heb je nog meer nodig?
Regelmatig wordt het ritme van de stad op z’n kop gezet door een groot evenement. In het TT-weekend is het één groot feest met muziek, kermis en ronkende motoren. Ook andere evenementen op het circuit gaan niet ongemerkt aan de binnenstad voorbij. En even later staat de nieuwste expositie van het Drents Museum weer centraal. Die afwisseling, dat kan alleen in Assen. Gaaf toch?
Nieuwe ondernemers zien kansen in de binnenstad van Assen. Dit is de plek waar ze hun nieuwe concept kunnen uitproberen. Kopen en beleven zijn volledig geïntegreerd. Real live, online en augmented reality vloeien naadloos in elkaar over. Het is echt ongelofelijk wat die jonge ondernemers neerzetten.
Die dynamiek heeft flink wat mensen ertoe verleid om een woning te huren of te kopen in de binnenstad. En dat zijn niet alleen maar jongeren die voor het eerst op zichzelf gaan wonen. Opa en oma zagen het ook wel zitten om zo dicht bij alle voorzieningen te wonen. Wat zijn hier de afgelopen jaren leuke woningen gebouwd. Aan de randen van de binnenstad – in die mooie stadwoningen – zijn zelfs gezinnen met kinderen neergestreken.
Ook na een stortbui of in de hete zomer is het voor de bewoners en bezoekers goed uit de houden in de binnenstad. 10 jaar geleden was de fontein op het Koopmansplein vernieuwend. Nu zijn overal in de stad slimme oplossingen voor waterberging, vaak mooi in het zicht. En op de Brink had je altijd al mooie monumentale bomen, maar ook de rest van de stad is de afgelopen jaren veel groener geworden. Er is altijd een bankje in de schaduw te vinden. Het lijkt alsof het nooit anders is geweest. Maar ondernemers, vastgoedeigenaren, culturele instellingen en lokale overheden die al wat langer meegaan weten beter. Dit hebben zij samen opgebouwd. Door jarenlang te investeren in hun zaak, mooie winkelruimtes, kwalitatief goede woningen en een mooi straatbeeld staat de binnenstad erbij als nooit tevoren. Dat hebben we toch maar mooi geflikt!
Inleiding
Aanleiding
De afgelopen jaren zijn de voorkeuren van consumenten heel snel veranderd. Voor binnensteden is de opkomst van internetwinkelen daarin heel bepalend. Er is een nieuw verkoopkanaal ontstaan, waardoor de consument voor veel aankopen niet meer alleen afhankelijk is van het winkelaanbod in de binnenstad. We zijn bovendien meer gaan werken en besteden onze vrijetijd anders dan voorheen. Het gevolg is dat de omzetten in binnensteden afnemen, winkels hun deuren sluiten en leegstand ontstaat in winkelstraten. Ook in Assen. Deze ontwikkeling is niet te stuiten. Als we het niet tegen kunnen houden, dan moeten we ons aanpassen.
Met dat in het achterhoofd hebben we in 2017 de vorige binnenstadsvisie opgesteld. Deze visie is samen opgesteld door ondernemers, vastgoedeigenaren, culturele instellingen en de gemeente. We wilden bouwen aan een compacte, aantrekkelijke en goed georganiseerde binnenstad. En dat hebben we de afgelopen jaren dan ook gedaan.
De brancheorganisaties in de binnenstad hebben Vaart in Assen opgericht. Daarmee is het fundament gelegd voor structurele samenwerking. Inmiddels hebben we in Assen een volwaardige binnenstadsorganisatie. De gemeente en de provincie hebben een investeringsfonds gevormd. Daarmee is onder andere geïnvesteerd in de herinrichting van het Koopmansplein. Het nieuwe Koopmansplein blijkt een vliegwiel voor de ontwikkeling van de winkelpanden rond het plein. We verwachten dat het plein de komende jaren volledig transformeert.
Nu komen we in de volgende fase van de ontwikkeling van de binnenstad. De basis is gelegd en we richten ons blik op de toekomst. De leegstand is onverminderd hoog en nieuwe thema’s – zoals mobiliteit en wonen – dienen zich aan. We hebben behoefte aan een heldere visie op de toekomst van de binnenstad van Assen. Een actuele en integrale visie. Die visie leggen we vast in deze nieuwe binnenstadsvisie.
Participatieproces
Net als in 2017 is ook deze visie tot stand gekomen na een uitgebreid participatieproces. Dit proces ziet er anno 2021 wel heel anders uit dan toen. Door de coronacrisis heeft vrijwel het gehele participatieproces online plaatsgevonden. Er zijn geen inloopbijeenkomsten georganiseerd, maar veel individuele gesprekken gevoerd van achter het scherm.
In de eerste participatiemaand in november 2020 hebben we de analyse van de binnenstad en de eerste denkrichtingen gepresenteerd. De reacties die we daarop hebben gekregen hebben we meegewogen bij het opstellen van de concept-binnenstadsvisie. Er is door veel stakeholders en bewoners meegedacht in deze fase.
De concept-binnenstadsvisie hebben we in maart 2021 gepresenteerd. Ook weer online. Vanzelfsprekend hebben we ook de reacties hierop meegewogen bij het opstellen van de definitieve binnenstadsvisie. Terugkijkend hebben we de indruk dat we alle mogelijke reacties hebben gehoord en hebben betrokken bij onze besluitvorming. Toch kunnen we ons voorstellen dat sommigen zich door de fysieke afstand minder betrokken hebben gevoeld.
Samenloop met andere visies en ontwikkelingen
Nieuwe visies
De afgelopen jaren draaiden vrijwel alle grote ontwikkelingen in Assen om de Florijn As. Dit programma – dat al in 2009 is opgezet, richtte zich met name op de ontwikkeling van infrastructuur. Een nieuw NS Station, de Stadsboulevard en de Blauwe As, zijn allemaal gerealiseerd op basis van de visie van toen. Nu dit programma is afgerond richten we de blik op de toekomst en ontwikkelen we veel visies tegelijk.
De binnenstadsvisie is daar één van. We werken op dit moment ook aan de omgevingsvisie, de woonvisie en de detailhandels- en horecavisie. De voorbereiding van al deze visies loopt min of meer gelijk op. Zoals het nu lijkt vindt de besluitvorming over de woonvisie als eerste plaats en volgt de binnenstadsvisie direct daarna. En dan is de vraag; hoe verhoudt de binnenstadsvisie zich tot de andere visies?
In de omgevingsvisie wordt een brede visie voor Assen op stadsniveau geschetst. Daarmee is het de kapstok voor de rest van de visies en het beleid dat wordt ontwikkeld. In de omgevingsvisie staat ‘ontspannen stedelijkheid’ centraal. Dit is een manier van stedelijke ontwikkeling die bij de schaal en het karakter van Assen past. Ontspannen stedelijkheid is opgebouwd uit drie leidende principes.
- Assen is een verbonden stad. In sociaal opzicht, omdat we willen dat iedereen mee kan doen in Assen. En in fysiek opzicht. De stad is zo ingericht dat erop uitgaan en elkaar ontmoeten wordt gefaciliteerd.
- Assen is een dynamische hoofdstad. Assen heeft een belangrijke functie voor de regio, er is voldoende werk en een levendige binnenstad.
- Assen is de groene stad van het noorden, met de Drentse Aa, het Asserbos en de Brink. Groen draagt bij aan de klimaatdoelen en de gezondheid van onze inwoners en bezoekers.
Hoewel de omgevingsvisie later wordt vastgesteld beginnen de leidende principes al behoorlijk vaste vorm te krijgen. Deze principes staan ook aan de basis van de binnenstadsvisie. We nemen ze niet letterlijk over, maar vertalen ze door naar de binnenstad. We geven er inhoud aan. De keuzes die we maken passen binnen het kader van de omgevingsvisie.
Hetzelfde geldt voor de woonvisie. In de woonvisie – waarover gelijktijdig met de binnenstadsvisie wordt besloten – wordt vastgesteld dat er behoefte is aan wonen in de binnenstad, nabij de voorzieningen. In de binnenstadsvisie geven we aan waar en voor welke doelgroepen we woningen willen realiseren. We brengen behoefte en aanbod met elkaar in overeenstemming.
Met de voorbereiding van de detailhandels- en horecavisie zijn we net begonnen. In deze visie wordt onder andere de verdeling van het commerciële programma over de stad als geheel bepaald. Dat is belangrijk voor de binnenstad, zeker nu we alle zeilen moeten bijzetten om een compleet en aantrekkelijk aanbod te houden. Idealiter hadden we de detailhandels- en horecavisie dan ook voor de binnenstadsvisie opgesteld. Nu het niet anders is, keren we het om. We zorgen ervoor dat de detailhandels- en horecavisie de ontwikkelingen die we in de binnenstadsvisie voorzien ondersteunt.
Verder zijn we gestart met de voorbereiding van een aanvraag bij de woningbouwimpuls van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Het doel van deze impuls is het versnellen van de woningbouw in Nederland. In dit kader verstrekt het ministerie subsidies aan woningbouwprojecten die aan een reeks van criteria voldoen. In onze aanvraag zien we de binnenstad en het Havenkwartier als één samenhangende ruimtelijke opgave. De aanvraag wordt mede gebaseerd op deze binnenstadsvisie.
Bestaand beleid
De voormelde visies zijn in voorbereiding, de economische agenda is inmiddels als vastgesteld. In de economische agenda zetten we in op een ondernemende en levendige binnenstad. Dit is belangrijk voor de rol van Assen als regionale centrumstad. Op de agenda staat dat we het aanbod van cultuur, evenementen, horeca en winkelen willen versterken en promoten. Ook stimuleren en faciliteren we onderlinge samenwerking, ondernemerschap en innovatie. Door intensieve samenwerking met en tussen partners in de vrijetijdssector zetten we ‘bezoeken en beleven’ in Assen sterk op de kaart.
Ook de cultuurnota is vastgesteld. Hierin worden de vier hoofdambities uitgewerkt. We willen met kunst en cultuur álle inwoners van Assen en omgeving bereiken, het profiel van Assen als provinciehoofdstad versterken en het culturele aanbod voor opgroeiende kinderen verbeteren. De vierde ambitie is dat kunst en cultuur bijdraagt aan de realisatie van maatschappelijke doelen. Daarin zit een belangrijke relatie met de opgaven waar we in de binnenstad voor staan.
Sinds 14 juli 2016 is het VN-verdrag handicap/chronische ziekte in Nederland van kracht. Gemeenten en bedrijven nemen hierbij samen de verantwoordelijkheid voor een inclusieve samenleving. Assen wil een inclusieve gemeente zijn, met een binnenstad die bereikbaar en bruikbaar is voor iedereen. Dit betekent dat mensen met of zonder een beperking in Assen mee kunnen doen, erbij horen en zich gezien voelen. Fysieke en sociale toegankelijkheid is een onmisbare sleutel om tot een inclusief toegankelijk Assen te komen, met een bereikbare en bruikbare binnenstad voor iedereen. Daarom betrekken we bij initiatieven en besluiten de ervaringsdeskundigheid van mensen met een beperking in het zien, horen, verplaatsen, begrijpen en voelen. Zo bouwen we gezamenlijk en stapsgewijs, in redelijkheid en zonder buitenproportionele kosten aan een inclusief en toegankelijk Assen voor iedereen.
Leeswijzer
- Allereerst schetsen we een beeld van de binnenstad in 2030.
- Daarna beschrijven we in hoofdstuk 1 de uitdagingen waar we voor staan aan de hand van een beknopte analyse. In dit hoofdstuk formuleren we bovendien de opgaven voor de binnenstad, door onze ambities te confronteren met onze uitdagingen.
- In hoofdstuk 2 presenteren we onze visie voor de binnenstad. We leggen uit hoe we met de opgaven uit het vorige hoofdstuk aan de slag gaan. We geven antwoordt op vragen als; waar ligt het publiekshart? Hoe gaan we wonen in de binnenstad?
- In hoofdstuk 3 werken we de visie uit voor deelgebieden in de binnenstad.
- In het laatste hoofdstuk wordt ingegaan op het vervolgproces en welke stappen nodig zijn om handen en voeten te geven aan de visie.